uwv magazine
N°1

De schwung is eruit
Op papier is er nog groei van het aantal banen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Maar het enthousiasme onder werkgevers is tanende. ‘Het laaghangend fruit is geplukt,’ stelt banenambassadeur Aart van der Gaag wat wrang vast. Verder in dit nummer aandacht voor relatief onbekende ziektebeelden en de (h)erkenning ervan door (verzekerings)artsen.
De nieuwste cijfers
Herindeling Wajongers

In het kader van de Participatiewet gaat UWV Wajongers (oude Wajong en Wajong 2010) herindelen in twee groepen: Wajongers met arbeidsvermogen en Wajongers zonder arbeidsvermogen.
periode | Vooraankondigingen |
---|---|
1e kw 15 | 252000 |
2e kw 15 | 249000 |
3e kw 15 | 238000 |
4e kw 15 | 211000 |
1e kw 16 | 174000 |
2e kw 16 | 126000 |
3e kw 16 | 105000 |
4e kw 16 | 58000 |
1e kw 17 | 17000 |
2e kw 17 | 0 |
Op de y-as staan de aantallen vooraankondigingen (K = 1.000). Op de x-as de kwartalen van 2015, 2016 en 2017
De meerderheid van alle oude Wajongers zijn op basis van systeem- en dossierinformatie voorlopig ingedeeld. Op volgorde van leeftijd ontvangen Wajongers gefaseerd een vooraankondiging met het voornemen om de Wajonger in te delen in een van de twee categorieën. In juli 2015 is UWV gestart met de landelijke verzending van circa 250.000 vooraankondigingen aan Wajongers waarbij we aangeven of ze over arbeidsvermogen beschikken of niet. Op dit moment, januari 2017, moeten er nog zo’n 24.000 vooraankondigingen verstuurd worden.
Minder WW-uitkeringen
Het aantal WW-uitkeringen ligt eind december 2016 iets hoger dan eind november 2016: 412.000 ten opzichte van 409.5000. In december zien we vaak een stijging van het aantal WW-uitkeringen onder invloed van een seizoenpatroon. Dit jaar is deze toename minder groot door de gunstige economische ontwikkeling. Vergeleken met eind 2015 ligt het aantal WW-uitkeringen eind 2016 bijna 34.000 lager. De invoering van het nieuwe instrument inkomstenverrekening, dat per 1 juli 2015 is ingevoerd als onderdeel van de Wet werk en zekerheid (Wwz), zorgt voor een latere registratie van WW-uitstroom met als gevolg meer WW-uitkeringen.
Instroom | Uitstroom | Aantal uitkeringen | |
---|---|---|---|
sep | 38.0 | 41.1 | 416.5 |
okt | 49.8 | 45.3 | 421.0 |
nov | 43.6 | 37.2 | 427.4 |
dec | 62.0 | 43.5 | 445.9 |
jan | 56.5 | 37.0 | 465.4 |
feb | 45.1 | 40.6 | 469.9 |
mrt | 49.9 | 49.6 | 470.2 |
apr | 36.5 | 46.1 | 460.5 |
mei | 31.3 | 44.0 | 447.8 |
jun | 42.8 | 52.3 | 438.3 |
jul | 37.6 | 44.4 | 431.5 |
aug | 34.6 | 39.6 | 426.5 |
sep | 42.4 | 44.7 | 424.3 |
okt | 34.0 | 38.7 | 419.6 |
nov | 32.2 | 42.2 | 409.5 |
dec | 48.2 | 45.7 | 412.0 |
WW: instroom, uitstroom en aantal uitkeringen (x 1.000)
Instroom | Uitstroom | Actueel volume | ||||||||||||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Geslacht | V | M | V | M | V | M | ||||||||||||||||||||||||
Leeftijd | 15-24 | 25-34 | 35-44 | 45-54 | 55+ | 15-24 | 25-34 | 35-44 | 45-54 | 55+ | 15-24 | 25-34 | 35-44 | 45-54 | 55+ | 15-24 | 25-34 | 35-44 | 45-54 | 55+ | 15-24 | 25-34 | 35-44 | 45-54 | 55+ | 15-24 | 25-34 | 35-44 | 45-54 | 55+ |
2015 | 29.9 | 82.6 | 59.9 | 61.5 | 37.5 | 31.2 | 84.2 | 68.8 | 73.4 | 54.5 | 27.0 | 80.2 | 61.1 | 59.5 | 34.1 | 29.0 | 81.4 | 71.3 | 76.6 | 58.3 | 9.3 | 37.4 | 43.5 | 64.2 | 62.5 | 9.9 | 36.1 | 41.6 | 62.8 | 78.6 |
2016 | 25.5 | 71.4 | 51.4 | 52.8 | 33.7 | 25.5 | 68.5 | 55.2 | 59.2 | 47.5 | 25.1 | 71.4 | 53.2 | 57.2 | 38.9 | 25.8 | 71.8 | 58.5 | 64.5 | 58.7 | 8.0 | 36.1 | 40.2 | 58.3 | 53.6 | 8.2 | 31.7 | 36.6 | 55.6 | 73.5 |
De cijfers van 2015 en 2016 zijn voorlopig.
Voor meer uitleg over de effecten van inkomstenverrekening op het aantal WW-uitkeringen, zie het UKV-artikel Wat gebeurt er met de WW? (UKV 2016-4) en Inkomstenverrekening in de WW (UKV 2016-7)
Klik hier voor de laatste werkloosheidscijfers.
Banen afspraak

En dan nu het vervolg
Na een hoopgevende start lijkt de voortgang van de banenafspraak te stagneren. Volgens aanjager Aart van der Gaag hapert het doelgroepregister, versnipperen de doelgroepen en zorgt privacywetgeving ervoor dat werkgevers geen zicht krijgen op wat voor vlees ze in de kuip hebben. Vandaar dat die volgens hem de neiging hebben af te haken.
De doelgroep dreigt te versnipperen

‘De doelgroep dreigt te versnipperen’
Aart van der Gaag
Ambassadeur banenafspraak bedrijfsleven
De banenafspraak kent twee ambassadeurs. De ene, Hans Spigt, namens de overheid; de andere, Aart van der Gaag, namens het bedrijfsleven. Samen gingen ze in 2015 aan de slag om het aantal afgesproken banen voor arbeidsgehandicapten, in totaal 125.000, te realiseren. Voor 2016 werd het beoogde aantal arbeidsplaatsen met ogenschijnlijk gemak gehaald. Maar of de succesvolle start een even glanzend vervolg krijgt, betwijfelt Van der Gaag. ‘Gemeenten hebben de taak mensen uit de doelgroep banenafspraak aan te melden voor het doelgroepregister en een profiel van ze aan te maken. Dat komt nauwelijks van de grond: er zijn nog maar zo’n 1000 profielen beschikbaar. Dat belemmert werkgevers in hun zoektocht naar geschikte mensen. Ik merk in de praktijk dat bedrijven die aanvankelijk enthousiast meedachten nu teleurgesteld afhaken.’
Een tweede hobbel ziet Van der Gaag in het functioneren van de WerkgeversServicepunten (wsp’s): ‘Uit regiorapportages van UWV en een recent rapport van de Inspectie SZW blijkt dat de kwantitatieve prestaties van ongeveer de helft van de wsp’s achterblijft bij de verwachtingen.’ Ook ziet hij met lede ogen aan dat de doelgroep steeds verder lijkt te versnipperen. ‘Er zijn nu ambassadeurs voor ouderen, voor vluchtelingen en onder meer voor onzichtbare jongeren. Dat werkt contraproductief. Maar laat ik niet al te pessimistisch zijn. De wet kende een aanzienlijk aantal schoonheidsfouten, die zijn eruit gehaald. In dat opzicht staan we er dus beter voor dan een jaar geleden. Wat ons erg zou helpen is een verbreding van het doelgroepenregister en daarmee samenhangend een eenduidig instrumentarium voor iedereen met afstand tot de arbeidsmarkt.’
Werkgevers hebben geen excuus meer

‘Werkgevers hebben geen excuus meer’
Astrid Hendriks
programmamanager Banenafspraak bij UWV
Afgelopen november vond de officiële lancering plaats van de kandidatenverkenner banenafspraak. ‘Daarmee hebben werkgevers geen excuus meer dat er geen kandidaten te vinden zijn voor hun bedrijf,’ zei staatssecretaris Klijnsma bij die gelegenheid. Inmiddels zijn een kleine 140.000 kandidaten opgenomen in dit door UWV ontwikkelde instrument, waarmee werkgevers en intermediairs online kunnen zoeken naar geschikte, geanonimiseerde kandidaten uit de doelgroep banenafspraak. Van ruim 57.000 kandidaten is een uitgebreid profiel beschikbaar, het grootste deel UWV-kandidaten. ‘Het werkt, al kan het natuurlijk altijd beter,’ zegt Astrid Hendriks, programmamanager Banenafspraak bij UWV.
‘We werken volop door aan de verdere ontwikkeling van de kandidatenverkenner en samen met de gemeenten aan de achterliggende dienstverlening van de WerkgeversServicepunten. Werkgevers en intermediairs kunnen aangeven wat hun wensen zijn aangaande de profielen, wij kijken dan of we daaraan kunnen voldoen. We weten inmiddels dat zij het belangrijk vinden om te weten of kandidaten al dan niet beschikken over een rijbewijs. We kijken nu hoe we dat kunnen opnemen in de profielen. Ik ben ervan overtuigd dat het ons met de inzet van alle betrokkenen gaat lukken van de banenafspraak een succes te maken, maar makkelijk zal dat niet gaan. Het duurzaam maken van de banen is en blijft de grootste uitdaging.’ De kandidatenverkenner banenafspraak is beschikbaar op werk.nl/kandidatenverkenner.
2 reacties
27 januari 2017 om 11:44 uur
|Beste mevrouw, meneer,
Met interesse heb ik de artikelen over de banenafspraak in de nieuwsbrief UWV Magazine van januari 2017 gelezen. Eén ding is mij niet duidelijk. Wat is het verschil tussen mensen met lichamelijke, psychische of verstandelijke beperking uit de doelgroep banenafspraak en doelgroepenregister? Ik hoor graag van u.
Met vriendelijke groet,
Vera Truijens
27 januari 2017 om 15:26 uur
|Hallo Vera,
Het doelgroepregister is een landelijk register waarin alle mensen staan die vallen onder de banenafspraak. De mensen mensen met beperkingen die u noemt uit de doelgroep banenafspraak staan dus in dit register.
Werkgevers kunnen met uw burgerservicenummer zien of u in het doelgroepregister staat. En of u dus meetelt voor de banenafspraak. Als u een indicatie banenafspraak heeft, kunt u zelf controleren of u in het register opgenomen bent via Mijn UWV.
Ik hoop uw vraag naar tevredenheid te hebben beantwoord.
Vriendelijke Groet,
Astrid Hendriks
Reactie toevoegen
Indien er een sterretje (*) bij een veld staat, betekent dit dat dit een verplicht in te vullen veld is.
Participatie en privacy bijten elkaar

‘Participatie en privacy bijten elkaar’
Mick Netiv
directeur Robidus
Werkgevers zijn graag bereid mensen met een arbeidshandicap in dienst te nemen of te houden, weet Mick Netiv, directeur van het HR-adviesbedrijf Robidus, uit de praktijk. Maar het wordt hun lastig gemaakt. Twee jaar geleden al waarschuwde hij tijdens een onderhoud met ambtenaren van Sociale Zaken en Werkgelegenheid dat de privacywetgeving een blokkade vormt voor de re-integratie van werknemers. Het haalde weinig uit. Netiv: ‘Werkgevers kunnen alleen succesvol mensen re-integreren als ze weten wat er precies aan de hand is. Maar onder de huidige privacywetgeving is het hun niet toegestaan te informeren naar de aard van de ziekte of handicap van hun werknemer. Dat maakt het tevens onnodig ingewikkeld, zo niet onmogelijk om tijdig een beroep te doen op een passende stimuleringsregeling of om tijdig de werknemer te ondersteunen met een goede re-integratie.’
Ook bij het in dienst nemen van mensen met een arbeidshandicap wordt veel te krampachtig omgegaan met de privacy, vindt Netiv. ‘De Participatiewet en de privacywetgeving bijten elkaar. Bij Ajax zijn ze precies op de hoogte van de fysieke en psychische gesteldheid van de spelers, zodat ze optimaal kunnen functioneren. Werkgevers buiten de sport mogen helemaal niks weten van hun huidige of toekomstige medewerkers. Dat taboe moet uit de wereld als we willen dat de duurzame inzetbaarheid wordt verhoogd. En dan natuurlijk onder de voorwaarde dat er strikte eisen worden gesteld aan het verwerken en beheren van de gegevens.’
0 reacties
Reactie toevoegen
Indien er een sterretje (*) bij een veld staat, betekent dit dat dit een verplicht in te vullen veld is.
Verzekeringsarts heeft het laatste woord

‘Verzekeringsarts heeft het laatste woord’
Ernst Veenhoven
beleidsadviseur UWV
De Wet SUWI geeft UWV de bevoegdheid om gegevens van uitkeringsgerechtigden aan derden te verstrekken, onder meer aan de Inspectie van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, re-integratiebedrijven en Arbodiensten. Bij de verwerking van bijzondere gegevens gelden extra bepalingen vanuit de Wet Bescherming Persoonsgegevens en Wet op Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (BIG), zegt Ernst Veenhoven, beleidsadviseur bij de directie Strategie, Beleid en Kenniscentrum (SBK) van UWV. De laatste wet stelt dat alle door de arts verzamelde gegevens vallen onder het medisch beroepsgeheim.
Veenhoven: ‘Dit heeft tot gevolg dat UWV alleen met uitdrukkelijke toestemming van de klant medische informatie zal delen met werkgevers, in beginsel met de bedrijfsarts van de Arbodienst.Verder moet de klant altijd zelf toestemming geven voor de verstrekking en moet de organisatie belanghebbend zijn. De verzekeringsarts behoudt altijd de mogelijkheid om een dergelijk verzoek te weigeren. Het verzoek dient gericht plaats te vinden zodat alleen relevante medische gegevens overhandigd worden. Op deze wijze kan relevante informatie in het kader van de banenafspraak in principe worden uitgewisseld.’
0 reacties
Reactie toevoegen
Indien er een sterretje (*) bij een veld staat, betekent dit dat dit een verplicht in te vullen veld is.
Onbekende ziektes

Tussen de oren?
Onbekendheid met bepaalde ziektes kan leiden tot een gebrek aan herkenning en erkenning. Dat kan grote gevolgen hebben voor patiënten – bijvoorbeeld bij het toekennen van een uitkering. Zeker als hun klachten wat vaag lijken. Maar ingebeeld is zo’n ziekte allerminst: die zit niet ‘tussen de oren’. Q-koorts, een infectieziekte die wordt overgedragen door dieren zoals geiten, is daar een pijnlijk voorbeeld van.
Er komen nog steeds nieuwe patiënten bij

‘Er komen nog steeds nieuwe patiënten bij’
Annemieke de Groot
directeur Q-Support
Eerst was er een patiëntenorganisatie, toen een onderzoeksrapport en vervolgens nog een rapport van de Ombudsman. Pas in 2013, zeven jaar na de uitbraak van de Q-koorts, werd Q-support opgericht, een landelijke stichting voor de begeleiding en advisering van Q-koortspatiënten. ‘Men dacht aanvankelijk dat de ziekte na één of twee jaar wel zou verdwijnen. Maar er komen nog steeds nieuwe chronische patiënten bij, zoals ook mensen bij wie de diagnose QVS, het Q-koorts vermoeidheidssyndroom, is vastgesteld. Er hebben zich inmiddels al 830 patiënten bij ons aangemeld voor advies en ondersteuning,’ zegt Annemieke de Groot, directeur van Q-support.
Dit jaar nog worden de resultaten van de eerste langlopende onderzoeken bekend, onder meer naar chronische vermoeidheid van de patiënten en naar het verband tussen de ziekte en hartklepafwijkingen. De Groot: ‘De verspreiding van de Q-koorts mag gestopt zijn, veel mensen zijn nog niet beter. Het heeft lang geduurd voordat het ziektebeeld werd herkend en erkend. Patiënten voelden zich niet begrepen door artsen. Van verzekeringsartsen kregen ze te horen: “We gaan uit van uw mogelijkheden.” Maar hoe kun je nu oordelen over de mogelijkheden als over de ziekte nog zoveel onbekend is en zo grillig is? Wat we hebben geleerd is dat een snelle, integrale en deskundige aanpak van de ziekte belangrijk is. Vandaar het grote belang van scholing van artsen en verzekeringsartsen.’
3 reacties
29 januari 2017 om 10:24 uur
|In Australie is het al vanaf 1935 bekend en ook dat de ziekte overdraagbaar is vanuit de coxiella burnetti bacterie is overdraagbaar van dier naar mens
Ik denk weet bijna zeker dat daar gegevens zijn te vinden dat het een ziekte is
De rechtzaak is mislukt maar ik denk nu voor de verkiezingen als we als volk achter jullie gaan staan en zeker als mensen weten dat er geen uitkering van het uwv wordt gegeven wat discriminerend is moeten we opstaan en er voor gaan
3 februari 2017 om 11:53 uur
|Ik ben al 3 keer bij een verzekeringsarts geweest voor een keuring. Telkens word ik goedgekeurd. Ik heb de diagnose QVS, astmatische COPD en heb met regelmaat hartritme stoornissen. Bij het UWV doen ze net alsof ze nog nooit van QKoorts hebben gehoord. Als je daarover begint praten ze er gewoon overheen.
Heel frustrerend.
Over 6 weken krijg ik weer een keuring en gelukkig gaat mijn dochter mee. Zij is fysiotherapeute, werkt veel met COPD patiënten waarvan er ook Q koorts hebben gehad. Sinds kort is afgestudeerd als master in de geriatrie. Misschien dat de keuringsarts nu naar ons luistert en de juiste diagnose gaat stellen.
3 februari 2017 om 14:03 uur
|In 2016 ben ik op een regioavond in de Vlist Z-H geweest.Daar ontmoete ik Annemieke de Groot en Alfons Olde Loohuis, heb zelf in 2007 Q-Koorts gekregen.
in mijn omgeving zijn gelukkig weinig mensen besmet geraakt,maar dit had wel tot gevolg dat er ook nergens begrip voor mijn ziekte was. het RIVM is toen bij mij thuis geweest en mocht ivm de privacy niet zeggen waar ik het opgelopen had.dit bedrijf is pas in 2009 geruimd,dus al die tijd is er besmettings gevaar geweest.........nu 10 jaar later kamp ik nog steeds met vermoeidheids verschijnselen ,heb nu wel de steun van Qsupport en werkgever met bedrijfsarts......maar gezond wordt ik nooit meer,en kost iedere maand eigen geld....John Noordegraaf Stolwijk Z_H
Reactie toevoegen
Indien er een sterretje (*) bij een veld staat, betekent dit dat dit een verplicht in te vullen veld is.
Soms wordt er te lichtvaardig geoordeeld

‘Soms wordt er te lichtvaardig geoordeeld’
Herman Kroneman
medisch advisur UWV
Zeker in de eerste jaren na de uitbraak van de Q-koorts was het voor artsen en dus ook voor verzekeringsartsen lastig een diagnose te stellen. ‘Als we over patiënten informatie opvroegen bij huisartsen en/of specialisten kregen we regelmatig te horen dat ook zij niet precies wisten wat er aan de hand was,’ zegt Herman Kroneman, medisch adviseur bij UWV. Hij sluit niet uit dat door dit gebrek aan kennis bij sommige patiënten een verkeerd oordeel is geveld. Kroneman: ‘Algemeen gesteld zie je dat artsen moeilijk kunnen omgaan met chronische gevolgen van ziektes, of het nu gaat om kanker, de ziekte van Lyme of Q-koorts. Die relateren ze soms niet meer aan de ziekte in kwestie. Een enkele keer wordt er te lichtvaardig geoordeeld dat de chronische vermoeidheid “wel tussen de oren zal zitten.”’
‘Ik ben alert op persoonlijke opvattingen die niet evidence based zijn. Ook als er nog geen richtlijnen zijn, moet je onbevooroordeeld oordelen. Ons oordeel over Q-koorts is nu mede gebaseerd op de officiële richtlijnen betreffende diagnostiek en behandeling van de ziekte. Maar het is belangrijk dat we de kennis bij artsen over deze ziekten blijven vergroten. Vandaar dat we samen met Q-support en Radboud UMC zijn gekomen tot een nascholingscursus voor verzekerings- en bedrijfsartsen.’
0 reacties
Reactie toevoegen
Indien er een sterretje (*) bij een veld staat, betekent dit dat dit een verplicht in te vullen veld is.
De cursus is voor veel artsen een eye-opener

‘De cursus is voor veel artsen een eye-opener’
Alfons Olde Loohuis
huisarts
Alfons Olde Loohuis was huisarts in het Brabantse Herpen toen daar in 2007 de naar later zou blijken grootste Q-koortsepidemie ter wereld ooit uitbrak. Het duurde lang voordat de omvang en de ernst van de epidemie werd onderkend, zegt Olde Loohuis. ‘Het kostte jaren om mensen te overtuigen van de impact van deze bacteriële infectieziekte, mede vanwege de onbekendheid met Q-koorts. Het leidde tot legio misverstanden. Artsen stelden verkeerde diagnoses, verzekeringsartsen namen de klachten, waaronder ernstige vermoeidheidsverschijnselen, niet serieus genoeg.’ Olde Loohuis nam, samen met onder meer Radboud UMC, het initiatief tot een nascholingscursus voor de opleiding van verzekerings- en bedrijfsartsen. ‘Veel patiënten voelden zich niet erkend en gehoord. Bij een tijdige en juiste behandeling is Q-koorts goed te genezen, maar blijft die uit dan kan dat leiden tot chronische klachten of zelfs de dood. Het is dus van groot belang dat de ziekte tijdig wordt onderkend. De cursus geeft verzekeringsartsen inzicht in de rol van ons immuunsysteem en in de achtergrond en de verschijnselen van Q-koorts, ook die op de lange termijn. We merken dat de cursus bij veel artsen echt de ogen opent.’
0 reacties
Reactie toevoegen
Indien er een sterretje (*) bij een veld staat, betekent dit dat dit een verplicht in te vullen veld is.
Echte banen

Bij velen onder u zal het getal ‘125.000’ een belletje doen rinkelen: het extra aantal banen dat er uiterlijk 2026 moet komen voor arbeidsbeperkten. Het lijkt me dat het bepalen van dit streefcijfer een flinke hersenkraker is geweest, te meer omdat eerst een definitie ontbrak voor de mensen die onder de banenafspraak vallen. Uiteindelijk zijn dat Wajongers en mensen met een lage loonwaarde of met gesubsidieerde arbeid bij een gemeente of Sociale Werkvoorziening (SW) geworden.
Volgens de meest recente cijfers ligt de banenafspraak goed op koers: tussen 2013 en 2015 kwamen er 21.000 banen bij. Dat is 12.000 meer dan het tussentijdse streefcijfer, een stevige toename dus. Dit is echter niet het hele verhaal. Vorig jaar is de definitie van banen verruimd met detacheringen bij werkgevers, bijvoorbeeld vanuit SW-bedrijven. Was de oude definitie overeind gebleven, dan zou de teller op 9.000 staan, net zoveel als het streefcijfer voor 2013.
Maar er is nog meer. Nog steeds geldt dat de SW een belangrijke werkgever is voor mensen in de doelgroep. Meer of minder SW-banen tellen echter niet mee in de banenafspraak, want het zijn geen banen bij reguliere werkgevers. Zouden we alleen betaalde arbeid meenemen in vast dienstverband bij een werkgever – regulier of als SW’er – dan zijn er opeens 4.000 banen minder voor arbeidsbeperkten.
Met het oog op de verkiezingen kan ik me voorstellen dat de definitie van ‘echte banen’ verschilt tussen de diverse politieke partijen. Maar hoe dan ook: extra banen zullen hard nodig zijn ter compensatie van de afbouw van de SW.
Econoom Pierre Koning is hoogleraar Arbeidsmarkt en sociale zekerheid aan de Vrije Universiteit Amsterdam en Universitair Hoofddocent aan de Universiteit Leiden.
0 reacties
Reactie toevoegen
Indien er een sterretje (*) bij een veld staat, betekent dit dat dit een verplicht in te vullen veld is.
1 reactie
+ schrijf een reactie
Petra Baveld | 19 maart 2017 om 12:20 uur
Beste heer van den Gaag,
Mijn naam is Petra Baveld en ik ben al jaren als ambulant begeleider betrokken bij jongeren met een aftand tot de arbeidsmarkt. Sinds een half jaar volg ik een opleiding tot jobcoach/trajectbegeleider bij Combo in Utrecht. ik ben deze opleiding begonnen omdat ik als ambulant begeleider jonge mensen met stoornis ,ziekte of handicap in de begeleiding heb die ik ondersteun bij het behalen van een opleiding. Vervolgens zie ik deze jongeren een verschrikkelijke strijd leveren een passende werkplek te vinden waar rekening gehouden wordt met de beperking, deze jongeren vallen na school in een diep gat. Ik trek me dit aan en wil graag de jongeren vanaf het moment dat ze hun diploma hebben gehaald verder begeleiden richting een passende werkplek. Mijn opleiding stelt mij in staat een goed plaatje van mijn cliënt te schetsen middels een uitgebreide assessment waarin ik de client goed leer kennen en de ondersteuningsbehoefte duidelijk heb. Dit sluit mijns inziens goed aan bij uw artikel. Een goede match is een duurzame plaatsing, het profiel moet dus helder zijn. vanwege mijn ervaring met de doelgroep denk ik iets te kunnen betekenen voor hen en de wet banenafspraak. Ik zou graag meedenken en mijn ideeën die ik hierover heb met u willen delen zodat we er samen voor kunnen zorgen dat de banenafspraak een succes wordt en niet langzaam gaat doodbloeden!.
Reactie toevoegen
Indien er een sterretje (*) bij een veld staat, betekent dit dat dit een verplicht in te vullen veld is.